Het jaarlijkse volksfeest op 3 oktober in Leiden is pas sinds de oprichting van de 3 October Vereeniging een traditie. Van oudsher was er een kerkdienst, kregen de Leidenaren een dag vrij en werd er haring en wittebrood uitgedeeld. De viering van het derde eeuwfeest in 1874 maakte echter veel enthousiasme los. De oprichting van een standbeeld voor burgemeester Van der Werf in 1884 was vervolgens de opmaat voor de oprichting van een vereniging in 1886.
Door de groeiende welvaart bloeide het verenigingsleven in de stad. Algemene verenigingen betekenden een zinvolle invulling van de toegenomen vrije tijd en boden een tegenwicht voor de sociale, politieke en levensbeschouwelijke verschillen die zich in de maatschappij deden gelden. Een groeiend historisch bewustzijn, gevoed door een toenemend nationaal gevoel, kwam tot uiting in diverse initiatieven. Het Stedelijk Museum de Lakenhal werd geopend in 1874; Er werden standbeelden geplaatst voor Boerhaave (1872) en Rembrandt (1906); De Vereniging Oud Leiden werd opgericht in 1902.